bron 1, 1850: Schenkman heeft naast het boekje Sint Nikolaas en zijn knecht voor kinderen in hetzelfde jaar ook een sinterklaasgedicht voor volwassenen geschreven. Dit gedicht heet Sint Nikolaas schenkt ieder wat. Let op het stukje waar Pierrot in voorkomt op blz 22.
bron 2: Schenkman heeft meer kinderboekjes geschreven in hetzelfde format. Hier spelen komedianten een grote rol. Dit boekje gaat specifiek over Pierrot.
bron 3a ,bron 3b ,bron 3c: In andere boekjes komen ook pierrot en andere komedianten voor.
bron 4: Er bestaat nog een vergelijkbaar boekje uit dezelfde tijd. De schrijver is onbekend. De Pierrot in dit boekje lijkt sprekend op de knecht van Sinterklaas.
bron 5, 1850: De eerst bekende tekst waarin Pieter-me-knecht wordt genoemd, is een handgeschreven dialoog in het boekje St. Nicolaasgoed uit 1850. Het boekje met de tekst was een cadeautje van J. Alberdingk Thijm aan zijn vriend E.J. Potgieter. Het is een grappige dialoog tussen Sinterklaas en Pieter me Knecht. Er is geen uitleg wie Pieter-me-knecht is. We kunnen er dus vanuit gaan dat Potgieter anno 1850 weet wie ermee wordt bedoeld. (zie blz 11 van de bijlage)
bron 6a , bron 6b , bron 6c : De naam Pieter me knecht wordt vaker genoemd in de periode 1850-1900. Uit deze periode stammen geen bronnen met de naam Zwarte Piet. Pieter me knecht is vriendelijk en grappig. Hij wordt een personage genoemd, wat bevestigd dat het om een gespeeld figuur gaat. De naam Pieter me knecht doet sterk denken aan Pierrot de knecht.
bron 7, 1891: Een verhaal over een komediant die bijverdient als schoorsteenveger. Hij wil graag Sinterklaas eens ontmoeten. Daarom verstopt hij zich in de schoorsteen (zie blz 398). Lees het verhaal.
bron 8a , bron 8b, 1911 : Twee fotos laten Sinterklaas met drie knechten zien. Eén van de knechten is herkenbaar als Pierrot.